blog

Waarom ik nu even geen grote aanbidder ben van gemeentelijke cadeaucheques

Nu we stilaan wat positievere vooruitzichten krijgen, duiken her en der voorstellen tot maatregelen op om gezinnen en ondernemers te helpen. Het siert politici die deze voorstellen op tafel durven leggen maar ze moeten tegelijkertijd kritisch tegen het licht gehouden worden.

 

Cadeaucheques

Gemeentelijke cadeaucheques – bedoeld om te spenderen bij een lokale handelaar – lijken op het eerste zicht een goed idee. Een inwoner koopt een bon met een waarde van 50 euro en betaalt daarvoor 40 euro. De overige 10 euro wordt bijgepast door de gemeente. De gezinnen ontvangen 10€ en er wordt extra geld uitgegeven bij de lokale handelaars. Een win-win dus?

 

Enkele kanttekeningen

Bij het voorstel van cadeaucheques zijn enkele kanttekeningen te plaatsen. Allereerst wordt in dit voorstel geen rekening gehouden met wie de middelen het meest nodig heeft. Er zijn veel gezinnen die in deze periode inkomsten verliezen maar er zijn er ook bij wie dat niet het geval is. De eerste groep heeft eigenlijk nood aan meer dan 10€. Want eerlijk, in tijden van crisis is die éénmalige 10€ slechts een druppel op een hete plaat.

Bij de handelaars net hetzelfde: er zijn er die hard getroffen werden maar er zijn er ook voor wie dit eerder beperkt was maar de cadeaucheques kunnen bij elke handelaar ingeruild worden. Het is dus best mogelijk dat de ondernemers met de meeste nood minder ontvangen.

 

Meer solidariteit

Met een cadeaucheque krijgt iedereen een gelijk deel van de koek. Is het niet beter om een groter stuk te geven aan gezinnen en ondernemers die dit het meest nodig hebben? Dat lijkt mij een solidair principe: de sterkste schouders dragen de zwaarste lasten.

 

Aanvullende personenbelasting en opcentiemen

Een tweede groep van maatregelen, betreffen de aanvullende personenbelasting en opcentiemen. Het verlagen van de opcentiemen – het deel van de onroerende voorheffing dat je betaalt op het eigendom, erfpacht of vruchtgebruik van een gebouw sluit huurders – ongeveer 1/4e van de huishoudens – uit van dit voordeel. Net als bij de cadeaucheques, is het verlagen van de opcentiemen een goedbedoelde maatregel die echter niet noodzakelijk tegemoetkomt aan diegenen die er het meeste nood aan hebben. Daarenboven kost een eventuele verlaging van de gemeentebelastingen veel geld aan de gemeente.

Daar moeten we omzichtig mee omspringen om noodzakelijke investeringen niet in het gedrang te brengen. Bovendien zijn dit maatregelen die zich jaren later nog steeds laten voelen.


Wat moet er wél gebeuren?

Elke voorgestelde maatregel brengt voor- en nadelen met zich mee. Moet een lokaal bestuur hier het voortouw in moet nemen? Of moeten structurele maatregelen eerder van het federale en zeker van het Vlaamse niveau komen? Het lokale niveau aanvullend zijn. Het zal zorgen voor een grotere ‘pot’ met middelen die beter verdeeld kan en moet worden over zij die dit het meest nodig hebben.

Het lokale niveau moet zich concentreren op de domeinen die ze zelf in handen heeft: het lokaal sociaal beleid, de zorginstellingen en een sterke, klantgerichte dienstverlening voor élke inwoner.